Zelfst. naamw. van de vorm ge…….te

gebeente
gebinte
gebladerte
geboefte
geboomte
geboorte
gedaante
gedachte
gedeelte
gedierte

gehalte
gehemelte
gelofte
geraamte

gestalte
gesteente
gesternte
gestoelte
gevaarte
gevederte
gewoonte
gezindte

Er zijn veel meer woorden van deze vorm, maar die worden vooral als bijvoeglijk naamwoord gebruikt. In dat geval zet ik ze niet in de lijst. Voorbeeld: Bij de schetsen zat maar één gelukte. Hier is gelukte een zelfstandig naamwoord, maar ik denk meteen aan het bijvoeglijk gebruik: de gelukte schets. Gelukte hoort niet in deze lijst.